Actuellement, de nombreuses forêts d’épicéas recouvrent l’Ardenne. Pourtant, cet arbre n’est pas originaire de nos régions.
Son importation date du début du XIXe siècle. L’épicéa a encore beaucoup de succès, car il pousse rapidement. Son exploitation est donc très rentable.
Parmi les conifères repris dans ce panneau, seuls le mélèze et le pin sylvestre étaient connus des Celtes.
Op dit ogenblik bedekken talrijke Noorse sparren het Ardens woud. Toch is deze boom niet inheems in onze regio.
Ingevoerd werd deze spar vanaf het begin van de 19 e eeuw.
Daardoor dat hij heel snel groeit, blijft hij steeds zeer succesvol en hij wordt dus erg winstgevend geëxploiteerd.
Onder de naaldbomen van dit paneel waren alleen de lariks en de grove den bekend bij de Kelten.
Mélèze
Lariks
Larix decidua
épicéa
Noorse spar
Picea abies
Douglas
Douglasspar
Pseudotsuga menziesii
Pin sylvestre
Grove den
Pinus sylvestris
Marche
Randonnées de la Grande Forêt de Saint-Hubert GUIDE+